Afscheidspreek Kanaalstreek

1.

Bijna vier jaar geleden werd ik in deze kerk geïnstalleerd als pastoor van de vijf parochies van de Kanaalstreek. Vandaag neem ik afscheid. Toen, vier jaar geleden, heb ik gezegd dat de weg naar het Koninkrijk van God altijd onder je eigen voeten begint. Ik vond het belangrijk om dit te zeggen, omdat in de moeilijke situatie van toen iedereen wel aanvoelde dat een aantal zaken niet bij het oude konden blijven. Er waren veranderingen nodig, maar die kunnen natuurlijk nooit ergens anders beginnen dan daar waar je bent en staat.

Anders gezegd: elke verandering begint weliswaar met de erkenning dat bepaalde zaken anders zullen moeten, maar ook met het waarderen – op waarde schatten – van de bestaande situatie. Als je niet aanvaardt waar je bent en daar echt gaat staan, kun je geen nieuwe stappen zetten. Ook niet in de richting van Gods Rijk.

2.

Vandaag wil ik opnieuw tegen u zeggen dat de weg naar het Rijk Gods per se begint onder onze eigen voeten.

Als eerste omdat mijn vertrek samenvalt met een volgende fase in het samenwerkingsproces. Op het woord van de bisschop zullen op kortere termijn de vijf parochies één worden. Ook nu geldt: het begint waar je bent. Of beter, het begint waar we samen al waren. In met name de afgelopen drie jaar zijn al heel veel stappen gezet en zijn de vijf parochies elkaar al zeer nabij gekomen. De samenwerking is veel sterker geworden. Fusie is nu nog maar één klein stapje extra. Een stapje dat we kunnen zetten als we tegelijk bedoelen weer een beetje dichter bij het Rijk Gods te komen.

De tweede reden om vandaag opnieuw tegen u te zeggen dat het Rijk Gods begint onder onze eigen voeten, ligt in het seksueel misbruik in de kerki van de afgelopen zeventig jaar. Onze weg begint onder onze voeten, niet die van anderen. We weten dat mensen in en van de kerk echt stappen in de totaal verkeerde richting hebben gezet. Dat raakt ons en doet ons verbijsterd en beschaamd staan. Boos zelfs. Maar hun voeten zijn de onze niet. Laten wij ons aangespoord weten om stappen te zetten in wat wel de goede richting is, namelijk die van het Rijk Gods.

3.

Er is nog een derde reden om vandaag opnieuw tegen u te zeggen dat de weg naar het Rijk Gods begint onder de eigen voeten. Die reden ligt in de advent die we vandaag vieren en in de lezingen deze zondag. Want hoe waar het ook is dat de weg onder onze voeten begint, wij zijn niet de enigen die zich bewegen.

Advent gaat over het verwachten van de Komende; de Heer die komende is om de schepping te voltooien en zo het Rijk Gods zijn volle omvang en volle glans te geven. Zo bezien bewegen wij naar Hem die ons tegemoet komt. En laten we het zo zeggen: God loopt sneller dan wij kunnen. We treffen elkaar niet ergens halverwege, zoals in een romantische Hollywood film twee geliefden elkaar na een lange aanloop omhelzen. We zullen de Heer aantreffen, ontmoeten, nog op ons eigen erf. Hier op aarde, in ons eigen leven.

Daar gaat Jezus’ geboorte over als geboorte van Hem die tegelijk Zoon van God en zoon van Maria is, precies zoals we in het evangelie hoorden. De menswording wil zeggen dat we God ontmoeten onder ons. De weg naar het Koninkrijk van God is wat dat betreft niet zo lang. Eén stap is haast al genoeg, namelijk de ene stap naar God toe; Hem toelatend in ons leven.

4.

In een mensenleven is het echter zo, dat we die ene stap heel vaak opnieuw moeten zetten. Zoveel kan ons afleiden en op een dwaalspoor brengen. Zoveel kan ons hart verduisteren, ook al gaat het om op zich goede zaken/dingen.

Zelfs dingen die ogenschijnlijk alles met ons geloof te maken hebben, kunnen in ons hart verwarring zaaien. Denk bijvoorbeeld alleen maar aan onze goede zorg voor onze mooie kerkgebouwen. Of de zorg om vooral onze parochiegemeenschappen te behouden zoals ze nu zijn.

Hoeveel goeds daar ook in zit, hoe dierbaar het ook is en hoezeer de onzekerheid en het gevoelde ongemak toenemen als we deze zaken wat relativeren. Op de keper beschouwd zijn die zaken niet het voornaamste.

5.

We mogen ons de woorden ter harte nemen van de profeet Natan aan koning David, waarin we de Heer horen zeggen dat niet wij voor Hem, maar Hij voor ons een huis zal bouwen. Dat is vandaag als eerste bedoeld als een verwijzing naar het huis, het geslacht, van David waar de Messias uit voort komt. Maar waarom ook niet denken aan het huis van God dat – eenvoudig gezegd – de hemel is en daarmee verbonden onze kerk mag zijn? En dan niet als een stapel bakstenen, maar als gemeenschap van mensen door Christus in de Geest verzamelt en bijeengehouden.

Onze kerk wordt niet als eerste door mensen gebouwd. Onze kerk is van Christus en wij bouwen mee door dit werk te beamen. Dat is het belangrijkste woord tijdens onze vieringen, voor ons allemaal. Amen: Ja, ik geloof, ja, ik doe mee! Precies zoals vandaag in het evangelie waar Maria amen zegt: “Mij geschiede naar uw woord”.

6.

Net als bij Maria bouwt God zijn kerk als huis voor ons door zich in onze levens te mengen. Niet dwingend en dreigend, maar uitnodigend en vragend. Wij hoeven alleen maar ja te zeggen en zodoende aan God vertrouwen te schenken, terwijl we van Hem vertrouwen aanvaarden.

Daarom is ieders persoonlijk geloofsleven altijd de motor van onze parochies. Alleen als we ons persoonlijk willen inlaten met God door gebed, kerkgang, Bijbellezen, goede werken en u weet wel wat meer, alleen dan kan God ons in ons eigen hart tegemoet komen en zo met ons bouwen aan een geweldig huis voor velen.

Een huis dat gemeenschap is en voor mensen warmte en heerlijkheid schenkt en uitstraalt. Zo sterk dat zonden als misbruik wel pijn kunnen doen en antwoord vragen, maar niet blijvend kunnen overwoekeren en verstrikken.

Ons eigen leven doet er echt toe. En dat is de vierde reden om nogmaals te zeggen dat de weg naar het Rijk Gods begint onder onze eigen voeten. Of beter gezegd: boven onze eigen voeten, namelijk in ons hart. In ons hart waar we God kunnen toelaten en ontmoeten en liefhebben. En dat dan ongeacht wat we zijn, ongeacht wie we zijn, ongeacht waar onze voeten de grond raken. Hier of in een van onze andere kerken. Hier in Groningen of daar in Friesland. Hier in Ter Apel of daar in Bolsward.

Amen.

Voorbede:

Laat ons bidden. Brengen we onze gebeden bij de Vader

Diep geschokt door het in de kerk gepleegde seksueel misbruik, bidden we om kracht, troost, uithoudingsvermogen, liefde en helende nabijheid. Als eerste voor de slachtoffers, maar ook voor alle anderen die door het gebeurde zijn getroffen en beschaamd. Om inzicht en berouw bij de daders; dat het tot vergeving mag komen. Laat ons zingend bidden …

Bidden we voor de leiders van kerk en wereld, dat ze door niets dan liefde gedreven hun verantwoordelijke taken uitoefenen. Dat hun doen en laten Gods goede bedoelingen voor alle mensen handen en voeten mag geven. Laat ons zingend bidden …

Bidden we voor allen die te lijden hebben onder oorlog, honger en geweld. Dat er uitzicht mag komen op een menselijk bestaan voor iedereen; dat Gods Woord van leven niet alleen hoop, maar ook daadwerkelijk verlichting mag brengen. Laat ons zingend bidden …

Bidden we voor de vele en diverse geloofsgemeenschappen hier in de Kanaalstreek. Dat zij een gelovig thuis mogen zijn en blijven voor de mensen en onder het voortdurend zoeken naar hechtere eenheid, vol vertrouwen blijven gaan met God. Laat ons zingend bidden …

Bidden we voor onze eigen katholieke geloofsgemeenschap in de Kanaalstreek, vijf parochies rijk. Dat we met christelijke moed de toekomst tegemoet leven. Dat we niets zullen stellen boven de liefde van Christus. Laat ons zingend bidden …

Bidden we voor onze eigen intenties. Bijzonder zoals ze zijn gevraagd voor deze viering, maar niet allemaal gelezen kunnen worden. Ze leven in onze harten, wetend dat de Heer ze kent.

Bidden we om roepingen tot de verschillende vormen van christelijk leven, zoals het huwelijk, het priesterschap en het religieuze leven.

Bidden we voor hen die vandaag niet hier konden zijn en voor al onze overledenen, dat zij door Gods barmhartigheid mogen rusten in vrede. Laat ons zingend bidden …

Goede en getrouwe God, met al onze noden wenden we ons tot U. Wil ons horen, als het gaat ons verhoren. Schenk ons uw liefde, uw heilige Geest. We vragen het door Christus onze Heer.